| 2 | Liefde
Het vuur brandt in me
Alsof ik levend verbrand
mijn gebroken hart
|
| 3 | Hoog laaien ze op
Vurig vlammende woorden
Likkende wonden
|
| 4 | Nog één keer vlammen
laatste groet, dag pyromaan
zal warmpjes in rook opgaan.
|
| 5 | verwarmt door jouw vuur
ontdooit een bevroren ziel
mijn tenen tintelen
|
| 6 | Kijkend in het vuur
twee mensen zonder woorden
ik heb u zo lief
|
| 7 | alles verterend
als een bosbrand de bomen
kanker haar lichaam
|
| 8 | Bomen bibberen
Thuis brandt ons liefdesvuur
Gezellig en warm
|
| 9 | weet jij nog wel, soms
hoe hard het brandde in ons
nu, gedoofd in was
|
| 10 | Sneeuwballengevecht
Binnen knettert het haardvuur
Tintelende vingers
|
| 11 | Ik por m’n vuur aan;
de zon ‘staat stil’. Mijn hart smelt.
Vrede op Aarde!
|
| 14 | de lont in haar lijf
speelt met schaduw op de muur
het recht van de kaars
|
| 15 | Nacht op de wadden
een toren van vuur verlicht
sneeuw op de kwelders
|
| 16 | Mist over velden
Tongen vuur in de kachel
hartje gloeit warmrood
|
| 17 | bij het samen zingen
rond het kampvuur
springen vonken over
|
| 18 | Rook reinigt mijn huis.
Ik druk de resetknop in.
Het bos start bladloos.
|
| 19 | verbrand stukje krant
waait weg van het witte land
oud
en nieuw is hot
|
| 21 |
bewonder ga mee
geniet onbezorgd en puur
wat natuur laat zien
|
| 22 | haar liefdesaria
gezongen vol vuur en passie
doet de zaal gloeien
|
| 23 | Kaarslicht, romantiek,
tot de kat de vlam bereikt.
Chaos wint altijd.
|
| 24 | Het meer ademt uit
Urgente hitte borrelt
In Mist gehangen
|
| 26 | Buiten snijd winterkou mijn ziel
Van binnen brand innerlijk vuur zo warm
Warmte licht doet sneeuw smelten
|
| 27 | hoe ik naar je kijk
in jouw ogen zingt het vuur
vonken laaien op
|
| 28 | lichtgroene vlammetjes -
ik zorg dat het vage vuur
weer tot leven komt
|
| 29 | Hitte,warmte,vuur
Brand zacht voort in ieders hart
Soms gedoofd door pijn
|
| 30 | Zonnevlechtvuurtje
kleine kachel in mijzelf
zet mij aan en straal
|
| 31 | Winterzon kleurt wolken
een merkwaardig oranje
Vuur in de hemel
|
| 32 | In mijn schaduw danst
de wereld vrij van vlammen
zo veel warmer hier
|
| 33 | Opengaande deur
Brengt de koude lucht binnen
De verwarming broeit
|
| 34 | De vlam van de kaars
helder,licht,liefde,warmte
samen bijna een.
|
| 35 | Uit de Scheveningse schuur
pallets, oud niet nieuw
voor middernachtelijk vuur
|
| 36 | Vuurwerk afsteken:
honderdachttien miljoen op,
armoe gebleven
|
| 37 | trippelpootjes
in verse sneeuw -
spoorzoeken
|
| 38 | illegaal vuurwerk
laat het nieuwe jaar schudden
hand vliegt ten hemel
|
| 39 | vonken schroeien reeds
de wol van schapen in rust -
herders gooien sneeuw
|
| 40 | Ga maar sprokkelen
Bouw een kamp- of vreugdevuur
Wakker de vlam aan
|
| 41 | in de stad rusten
geraamtes en schoorstenen –
vuur en wind
|
| 42 | Op het Dijkgraafplein,
kruiste hartstocht hem alsnog,
bracht wat hij niet zocht.
|
| 43 | Want in elk vonkje,
zit naast een zon aan inzicht,
ook een zee van vuur.
|
| 44 | Het jongetje blaast
de marshmallows aan een stok;
ze gloeien nog na.
|
| 45 | Daar is gras groener,
het groeit hoog door regenval—
En hun onkruid ook.
|
| 46 | één roodborstje
en mijn sneeuwtuin is voorzien
van een warme gloed
|
| 47 | Waar rook is, is vuur-
Mijn hart staat in vuur en vlam,
Ik ga op in rook.
|
| 48 | opflakkering
in het haardvuur
haar afscheidsbrief
|
| 49 | gensters knetteren
het hout zingt zijn laatste lied
warmte omarmt ons
|
| 50 | milieu activist
loopt het vuur uit zijn sloffen
tegen opwarming???
|
| 51 | eerste uurtje vuurtje
net zo als net
alleen nu (op-)gebrand.
|
| 52 | met handen vooruit
staar ik stil in de verte
lijf en geest verhit
|
| 53 | wolken sprokkelen
brandhout aan de horizon
een hemels haardvuur
|
| 54 | Vuur likt naar de lucht,
de as dwarrelt als sneeuw neer,
warmte omarmt ons.
|
| 55 | Warmte en licht
Krachtig en toch fijn
Bijzonder vuur dat brand voor mij
|
| 56 | In de verte wenkt
warm licht het kind in mij
stapje voor stapje.
|
| 57 | de vonk springt over
brandweerman en brandweervrouw
staan in vuur en vlam
|
| 58 | Vuur knettert rustig,
tot een vonk mijn sok opeet –
winter wint toch weer.
|
| 59 | Vlammen geven warmte,
toch beslist mijn marshmallow –
zwart is nu dé trend.
|
| 60 | bij het kampvuur
vlammetjes in haar ogen
een vonk springt over
|
| 61 | vurige vlammen
warmte uit de open haard
zonder verwoesting
|
| 62 | de nacht ademt licht
zeven planeten prikken
door het doek dat valt
|
| 64 | Wintertijd bomen
Doorkijkjes spleten bladen
Muizen maken vuur
|
| 65 | hart in vuur en vlam
ongrijpbaar stroomt de liefde
strelende vingers
|
| 66 | Vlammen verwarmen
Hittegolf in koude nacht
Voor even zondag
|
| 67 | vlammen doorklieven
het zo massieve blok valt
ontembaar ten prooi
|
| 68 | Mama trok de slee -
het vurig verlangen houdt
me voor altijd kind.
|
| 70 | Waar rook is te zien
Lijkt oorlogsvuur te branden
Kijken doen wij niet
|
| 71 | Strijk de lucifer
De passie ontvlamt en dooft
Gelijk het leven
|
| 72 | altijd dat masker
nooit meer écht kunnen lachen
o, wat haat ik vuur...
|
| 73 | Zo rood als vuur
Worden mijn wangen
Door jouw ogenblik
|
| 74 | scherp en zwart
in het kampvuur
smolt een slak
|
| 75 | Net uit Nederland
Vol in de tropische zon
Vuur aan de schenen
|
| 76 | Dwarrelende sneeuw
bedekt jouw sluimerend hart,
geliefde Fuji
|
| 78 | Vurige meisjesogen
verdragen zomerhitte
sieraad in mijn tuin
|
| 80 | een feniks herrezen
verbrand tot as maar leeft
tot in eeuwigheid
|
| 81 | eerste vorst—
vader vult de kruiwagen
met haardhout
|
| 82 | Oogverblindend rood
Heet oplaaiend geknisper
Smeulend tot gitzwart
|
| 83 | gordijnen branden
bloemen stonden nooit eerder
in zo een mooi licht
|